Terug naar de lijst
http://De%20Moedige%20Politieagent%20en%20de%20Viking%20bij%20de%20Wervelende%20Watermolen%20-%20Een%20verhaal%20van%20Koalia-verhalen

De Moedige Politieagent en de Viking bij de Wervelende Watermolen

In een knus dorpje genesteld tussen glooiende groene heuvels, waar de lucht altijd zoet geurde naar versgebakken brood en wildbloemen, stond de oudste en grootste watermolen die je maar kon voorstellen. Zijn wieken waren als reusachtige armen die gestaag het ritme van de kabbelende rivier volgden. Maar in deze vredige plaatst, waar elk huisje zijn verhaal had en elke steen zijn geschiedenis, begon een nieuw avontuur, net op het moment dat de zon haar eerste stralen op de daken liet dansen.

— Hallo, wie zijn jullie? vroeg politieagent Pieter perplex.

Voor hem stond een reus van een man gekleed in een schapenvacht met een brede leren gordel. Zijn borstelige baard wiegde in de wind als het riet langs de rivier. Dit was Bjorn, een Viking die op de een of andere manier in Pieters tijd was beland.

— Mijn naam is Bjorn! Ik kom uit het verre noorden, en ik ben op zoek naar de Goedendag, een magische spaarpot die mijn dorp kan redden van de eeuwige winter.

— Een magische spaarpot? herhaalde Pieter. Zijn nieuwsgierigheid was gewekt.

— Ja! riep de Viking. Ze zegt alleen goeiemorgen, iets zo zeldzaam en waardevol, dat ze de donkerste dagen kan oplichten en vrede brengt in de harten van de mensen.

De watermolen had iets mysterieus over zich. Het was alsof hij meer was dan alleen een bouwwerk; hij leek te leven met elk draaien van zijn wieken een nieuwe verhaal te vertellen.

— Ik wil je wel helpen bij je zoektocht, Bjorn. Als politieagent is het mijn plicht om mensen te helpen, ook als ze uit een heel ander tijdperk komen!

Samen met Bjorn stapte Pieter de watermolen binnen. Het interieur van de molen was een wirwar van tandwielen en molenstenen. Het gekletter en geratel vulden de ruimte met een levendige symfonie van ijzer en hout.

— Kijk, die oude kist daar! wees Bjorn. Misschien is de Goedendag daarin verborgen.

Met gezwinde passen naderden ze de kist. Pieter haalde een set glimmende sleutels uit zijn zak en begon die te passen op het slot van de kist. Eén klik en het slot sprong open.

— Dit is het! riep Bjorn uit terwijl hij een kleine, glanzende spaarpot tevoorschijn haalde. De spaarpot was van doorschijnend kristal, met gouddraad omlijst en er twinkelden kleine sterretjes in het hart.

— We moeten oppassen, Bjorn. Als deze spaarpot werkelijk magisch is, kunnen we niet weten wie er nog meer achteraan zit.

Op dat moment doordrong een ijzige wind het gebouw, gevolgd door een donkere schaduw die langs de muren kroop.

— Tijd is kostbaarder dan je denkt, Pieter. Ik moet snel terug naar mijn dorp met de Goedendag, zei Bjorn, zijn stem doordringend zelfs boven het geluid van de molen uit.

— Ik sta achter je, Bjorn! Samen kunnen we dit!

Plotseling sprongen de molenstenen aan en begonnen op eigen houtje te draaien. Het leek wel alsof de geest van de watermolen ontwaakt was. De vloer begon te beven en de tandwielen draaiden zo hard dat er vonken vanaf sprongen.

— Naar buiten! We kunnen hier niet blijven! riep Pieter.

Met behendige stappen renden ze door de molen deuren richting de frisse buitenlucht. De ochtendzon verwarmde hun gezichten terwijl ze buiten adem stonden. Maar het gevaar was nog niet geweken.

— Pieter, ik voel dat de Goedendag ons de weg zal wijzen, zei Bjorn toen hij de spaarpot voorzichtig schudde.

Daar, tussen de wieken van de watermolen, vormde zich een gloeiende poort die de energie van draaiend water en magie wist te combineren.

— Dat moet de weg terug zijn naar jouw tijd, Bjorn!

Zonder aarzeling greep Bjorn Pieters hand. Ze renden op de poort af en sprongen door het licht heen, waarbij de spaarpot in Bjorns hand begon te zingen met een harmonieuze klank.

Ze landden op een besneeuwd veld, onder een hemel die blauwer was dan de ogen van de watermolen. Het Vikingdorp lag voor hen, met houten huizen en rook die uit de schoorstenen kringelde.

— Dank je, Pieter! Je hebt niet alleen mijn dorp gered, maar je hebt ook mijn hart verrijkt met vriendschap.

— En je hebt mij het avontuur van mijn leven gegeven, Bjorn.

Samen liepen ze naar het hart van het dorp. Elk kind dat ze passeerden, keek op naar de heldhaftige Viking en de dappere politieagent met bewondering in hun ogen.

Boven hen verscheen een glinster van licht, en ze wisten dat het moment van afscheid naderde.

— Vrede zij met je dorp, Bjorn. De Goedendag heeft zijn thuis gevonden.

Met zware harten namen ze afscheid. Bjorn keerde terug naar zijn volk, en Pieter sprong door de poort terug naar zijn eigen tijd, naar de wervelende watermolen die stilletjes zijn verhaal verder vertelde aan de kabbelende rivier. En steeds als Pieter weer die molen zag, wist hij dat ergens in een ver en bevroren land, een goede vriend hem dankbaar was – een Viking en een spaarpot die samen de wereld een beetje warmer maakten.

Deel

Een reactie achterlaten

dertien + acht =