In het hart van een weelderig bos, waar de boomtoppen bijna de wolken kietelen, woonde Koko de koala. Koko was geen gewone koala; hij was avontuurlijk, nieuwsgierig, en had altijd een glimlach op zijn gezicht. Op een dag, na een stevig ontbijt van sappige eucalyptusbladeren, voelde Koko iets ongewoons. Een klein, tikkend gevoel in zijn kies. Het was geen pijn, maar het was irritant genoeg om Koko's zorgeloze gedachten te storen.
– Wat zal ik nu doen? vroeg Koko zich hardop af terwijl hij probeerde zijn kies met zijn klauw te bereiken.
Op dat moment hoorde Koko een zacht geluid, iets dat op gepiep leek. Hij keek rond en daar, aan de voet van zijn boom, stond een klein dier met een grote grijns.
– Goedendag! Mijn naam is Max de marmot. Ik kon het niet helpen je probleem op te merken. Misschien kan ik helpen? zei Max met een vriendelijke stem.
Koko was verrast maar blij met het aanbod. Hij klom snel naar beneden, nieuwsgierig naar deze nieuwe vriend.
– Ik ben Koko. Het is dit rare gevoel in mijn kies. Weet jij wat ik eraan kan doen, Max? vroeg Koko terwijl hij zijn nieuwe vriend een welkomstknuffel gaf.
– Wel, Koko, het klinkt alsof je naar de tandarts moet. Gelukkig ken ik een hele goede, niet ver van hier. Kom, ik begeleid je wel, antwoordde Max vrolijk.
Samen begonnen ze aan hun avontuur, wandelend door dichte bossen en over heldere beekjes, totdat ze een plek bereikten die Koko nog nooit had gezien. Het was een helder, open veld met het meest bijzondere gebouw dat Koko ooit had gezien. Het leek wel een gigantische paddenstoel met ramen en een deur, en aan de zijkant stond een enorme glijbaan die om het gebouw heen kronkelde.
– Welkom bij de tandarts, zei Max met een knipoog.
Binnen werden ze begroet door een vrolijke giraffe in een witte jas, die zich voorstelde als Dr. Giselle. Dr. Giselle luisterde geduldig naar Koko's zorgen en begeleidde hem naar een grote stoel die speciaal gemaakt leek voor koala's.
– Geen zorgen, Koko. We zullen ervoor zorgen dat je je in een flits weer beter voelt, verzekerde Dr. Giselle hem met een rustgevende stem.
Na een zorgvuldig onderzoek vertelde Dr. Giselle dat Koko een klein gaatje in zijn kies had. Niets wat een beetje magie en vakmanschap niet kon verhelpen. Koko lette vol bewondering op hoe Dr. Giselle te werk ging, en voordat hij het wist, was de behandeling voorbij.
– Voilà! Als nieuw, zei Dr. Giselle, terwijl ze Koko een spiegel toegaf.
Koko kon zijn ogen niet geloven; zijn kies zag er perfect uit. Hij voelde zich opgelucht en opgewonden tegelijk.
– Hoe kan ik je ooit bedanken, Dr. Giselle? En jou ook, Max, voor het brengen naar deze geweldige plek, zei Koko, overweldigd door dankbaarheid.
– De grootste dankbaarheid is een glimlach op je gezicht en het delen van vriendelijkheid met anderen. Maar, Dr. Giselle glimlachte ondeugend, een ritje op de glijbaan mag je natuurlijk niet missen als je hier bent!
Koko kon zijn opwinding nauwelijks bedwingen. Een glijbaan was altijd al een droom van hem geweest. Samen met Max klom hij naar de top van de enorme glijbaan. Ze keken elkaar aan, telden tot drie, en lieten zich toen naar beneden suizen, lachend en gillend van plezier.
Toen ze beneden aankwamen, rollend en helemaal duizelig van het lachen, keek Koko naar Max en zei:
– Dit was het beste avontuur ooit. Ik heb niet alleen mijn kiesprobleem opgelost maar ook een nieuwe vriend gemaakt en op een glijbaan gereden!
– En ik heb geleerd dat het helpen van een vriend de mooiste avonturen kan brengen, voegde Max eraan toe.
Met harten vol vreugde en mondjes vol glanzende tanden, maakten Koko en Max zich klaar om terug te keren naar het bos, wetende dat dit slechts het begin was van vele avonturen die nog zouden komen.